
Vriendennieuws
Benieuwd wat de vrienden van het museum allemaal doen? Hier vind je een overzicht van nieuws, activiteiten en bijdragen.
Februari 2025
Eeuwige Lente
Op jacht naar de eeuwigheid
In de antieke oudheid en de middeleeuwen was men ervan overtuigd dat zich ergens op de wereld een bron moest bevinden die ervoor zorgde, als men het water ervan dronk of zich erin had ondergedompeld, niet meer verouderde. Al bij de Griekse filosoof Herodotos komen we dit verhaal tegen. Ook later dacht men dat in de door Columbus ontdekte nieuwe wereld een dergelijke bron zou bestaan. Niet iedereen was ervan overtuigd dat verjongen mogelijk was, zoals blijkt uit twee toneelspelletjes uit de late middeleeuwen en rederijkerstijd.
Lucas Cranach de Oude, Der Jungbrunnen (1546), Gemäldegalerie, Berlin (openbaar domein)
In het ene, de sotternie van De buskenblaser, wordt een oude boer door een charlatan bedrogen. Die laat hem, voor veel geld, in een busje blazen waarna hij, aldus de man, er ineens weer als een aantrekkelijke jongeling zou uitzien. Hij doet wat hem wordt aangeraden maar het busje bevat roet zodat hij zichzelf een zwart gezicht bezorgt. De charlatan beweert dat hij er nu veel beter uitziet. Als de boer thuis komt, houdt een vriendin van zijn vrouw hem een spiegel voor waarna hij wordt getrakteerd op een pak slaag. In de andere klucht stuurt een vrouw haar man erop uit om “playerwater” te halen, want daarmee kan ze genezen worden, beweert ze. De brave man gehoorzaamt maar onderweg vertelt een marskramer hem dat hem horens op het hoofd zijn gezet, met andere woorden: zij vrouw bedriegt hem met een ander. Thuis betrapt hij zijn vrouw inderdaad en geeft haar en haar minnaar een flinke aframmeling.
Moraal van het verhaal: verjongen is onmogelijk, accepteer dat je ouder wordt. Eeuwige lente bestaat evenmin. Behalve in de tentoonstelling die nu nog tot 16 maart in het Hof van Busleyden bezocht kan worden. Vinden we die verjongingsbron misschien ook terug op één van de wandtapijten die in deze tentoonstelling getoond worden? In het midden van een tuin die omgeven is door beelden van half ontblote mannen en vrouwen die als kariatiden met hun hoofden zware balken dragen, ontwaren we een fontein met een beeld van Hercules en water spuwende saters en zeepaarden. Water brengt koelte en houdt de natuur groen. In Renaissancetuinen ontbreken fonteinen dan ook zelden.
Willem de Pannemaeker, “Wandtapijt met luipaard” met in het midden van de tuin de fontein met Hercules en water spuwende saters en zeepaarden, Wenen, Kunsthistorisches Museum – © De Standaard
Centraal in deze expositie staan tuinen en voorstellingen ervan op wandtapijten uit de zestiende eeuw uit de verzameling van de eerste Mechelse aartsbisschop, Antoine Perrenot de Granvelle (1517-1586). Directe aanleiding voor de tentoonstelling was evenwel de hernieuwde aanleg van de tuin van het Hof van Busleyden die eind 2024 werd gerealiseerd. De Nederlandse tuinarchitect Ronald van der Hilst, die sinds 1993 in Antwerpen woont, tekende voor het ontwerp ervan. Op zijn beurt liet hij zich inspireren door de Besloten Hofjes in het museum. De ruitstructuur die in sommige van deze hofjes de achtergrond vormt, vind je terug in de lijnen van de tuin. Tal van bloemen die met zijdedraad in de hofjes zijn aangebracht en als zodanig goed herkenbaar zijn, zijn in de nieuwe tuin geplant en zullen spoedig in bloei staan – de lente laat hopelijk niet lang meer op zich wachten.
Granvelle had in zijn paleis een reeks wandtapijten met voorstellingen van tuinen gevuld met exotische dieren. Deze bevinden zich nu in het Kunsthistorisches Museum te Wenen en worden in de tentoonstelling Eeuwige lente getoond. Een ander wandtapijt uit zijn collectie, dat ook in de tentoonstelling is opgenomen, is getiteld De slag bij Tunis. Het bevindt zich in de permanente verzameling van het Hof van Busleyden. Dit tapijt verwijst naar de heroïsche overwinning die Keizer Karel V in 1535 behaalde in een zeeslag bij de Noord-Afrikaanse stad Tunis waarin hij de Ottomaanse bezetters ervan overwon. Meer hierover lees je in de bijdrage van Rogier Chorus in deze Nieuwsbrief.
Granvelle’s collectie
De Mechelse aartsbisschop Granvelle was in Mechelen niet bijzonder geliefd. Hij verbleef, na de herinrichting van de bisdommen in 1559, slechts korte tijd in onze stad. Hij was sterk geïnteresseerd in de klassieke oudheid en die interesse komt in de tentoonstelling onder meer tot uitdrukking in een urne uit de tweede of derde eeuw na Christus en enkele oude gouden Romeinse munten, onder andere één met de afbeelding van keizer Commodus en een schip, gedateerd op 186-187. Een bijzonder voorwerp in de tentoonstelling is een houten hert met het wapen van Granvelle, tegenwoordig bewaard in het Louvre. Naast het al vermelde museum te Wenen is een ander wereldberoemd museum, het Prado in Madrid, bereid gebleken enkele kunstwerken voor de tentoonstelling uit te lenen. Zo zien we er twee prachtige schilderijen van de hand van Maarten de Vos, De allegorie van de aarde respectievelijk van de lucht voorstellend. Op laatstgenoemd werk zien we een veelheid van inheemse en exotische vogels afgebeeld. Uit een ander Madrileens museum komt zijn Allegorie van de vier elementen uit 1584.
Van niemand minder dan de beroemde schilder Titiaan is er een portret van Granvelle uit 1548. De architect Hans Vredeman de Vries, die korte tijd in Mechelen verbleef, is goed vertegenwoordigd met enkele gravures van zijn werk en met een schilderij uit 1596 (dus na de dood van Granvelle) waarop Paleisarchitectuur met wandelende figuren te zien zijn. Het lijkt sterk op een iets later schilderij van Sebastiaen Vrancx, Italiaanse tuin met galerij en figuren.
Romolo Ferrucci del Tadda, Twee hondjes (1600-1620), Parijs, Musée du Louvre (© Musée du Louvre)
Eeuwige lente is een tentoonstelling die bijzonder genoemd mag worden omdat er werken in tentoongesteld worden die in Vlaanderen slechts zelden aan het grote publiek getoond worden. Dit geldt onder andere voor een buste van Karel V door Leone en Pompei Leoni, opnieuw een bruikleen uit het Prado. Uit het Louvre komen dan weer twee marmeren hondjes van de verder niet al te bekende Romolo Ferrucci del Tadda. De curator van de expositie, Carlotta Striolo, is erin geslaagd om een attractieve selectie van werken te maken om zo de nieuwe tuin van het Hof van Busleyden in een nu nog waterig zonnetje te zetten.
(N.a.v. Eeuwige lente. Tuinen en wandtapijten in de Renaissance, onder redactie van Carlotta Striolo, Mechelen-Kontich: Museum Hof van Busleyden-Uitgeverij BAI, 2024).
Wim Hüsken
Object in de kijker
De slag om Tunis: Keizerlijke propaganda tussen de pracht van Granvelle's tuintapijten
Het was een blikvanger in het Mechels stadhuis, werd een topstuk van ‘ons’ Hof van Busleyden, en is nu een middelpunt van de tentoonstelling Eeuwige Lente in het souterrain van ons stadsmuseum.
Maar met de lente heeft het tapijt De slag om Tunis niet veel te maken. Met zijn indrukwekkend formaat van 3 meter 65 hoog en 5 meter 75 breed is het tapijt een geslaagd stuk propaganda voor de imperiale macht van Keizer Karel.
Uit de geschiedenis weten we dat Karel V, zoals de meeste Habsburgers na hem, een erfvijand had in de koningen van Frankrijk. Ook is bekend dat hij in het Duitse Keizerrijk oorlog voerde tegen een aantal (keur)vorsten die hadden gekozen voor de nieuwe, Lutherse, confessie.
Minder bekend is de oorlog die Karel uitvocht met Suleiman, de sultan van de Turken. Hierbij vocht Karel voor de Christenheid, maar ook de Habsburgse belangen stonden op het spel. Zijn zwager Lodewijk was gesneuveld in een oorlog met de Turken om Hongarije en in 1529 stond Suleiman met zijn troepen voor Wenen. Daar wist een inderhaast bijeengebracht leger met onder meer een afdeling haakbusschieters uit Vlaanderen hem tegen te houden. Nog geen vijf jaar later gooide de Turkse sultan het over een andere boeg. Zijn stadhouder in Algiers, de bij Christenen beruchte zeerover Chaireddin Barbarossa kreeg de opdracht het nog onafhankelijke Tunis te veroveren. Dat lukte, en in 1534 viel de verdreven sultan van Tunis Karel te voet in Brussel. Een als gift meegenomen kameel baarde er veel opzien. Voor de keizer een uitgelezen kans om, versterkt met een lokale bondgenoot, Suleiman de voet dwars te zetten. Hij bracht een forse oorlogsvloot met 400 schepen en een dertigduizend soldaten bijeen, waaronder Spanjaarden, Portugezen en Italianen, maar ook een afdeling Vlaamse boogschutters. In 1535 veroverde hij zo het kustfort La Goulette en vervolgens de achter een binnenmeer gelegen stad Tunis. Daar werden veel christenslaven bevrijd en er werd ook nietsontziend gemoord en geplunderd.
Karel kende de propagandistische waarde van deze overwinning. Hij had al bij voorbaat enkele kunstenaars meegenomen om de krijgstocht in beeld te brengen en enkele jaren later bestelde hij, onder anderen bij Jan Cornelisz. Vermeyen, oud-hofschilder van Margareta van Oostenrijk, een reeks van twaalf tapijten over De slag om Tunis. Vermeyen en zijn collega’s maakten de cartons; de bekende Brusselse tapijtwever Willem de Pannemaker zorgde voor de uitvoering.
Pas na acht jaar, in 1554, was de reeks voltooid. Karel V, die het jaar erop afstand deed van de troon, heeft er dus nauwelijks plezier van gehad.
Maar er was nog iemand die roem wilde vergaren met De slag om Tunis. Dat was Antoine Perrenot de Granvelle; de sluwe maar ook kunstminnende raadgever van de Habsburgers in de Nederlanden die het tot Kardinaal van Mechelen zou schoppen. Zijn vader Nicolas was raadsheer en diplomaat in dienst van Karel geweest – hij had hem vergezeld op de tocht naar Tunis. Voor zoon Antoine voldoende reden om een kopie te bestellen van het tapijt dat een soort samenvatting uitbeeldde van de zeeslag bij La Goulette en de inname van Tunis.
Willem de Pannemaeker, Wandtapijt De slag om Tunis, Museum Hof van Busleyden
Zo zijn we beland bij het tapijt dat schittert op de tentoonstelling Eeuwige Lente. Het is daar het enige tapijt uit Mechels bezit. Granvelle had deze kopie laten voorzien van zijn familiewapen en een prominent zeil – in het Spaans een Gran Vela - dat rechts vooraan wordt gehesen op een met bevrijde christenen gevuld schip. In de kajuit ervan ontwaren we de keizer zelf, met een gezelschapsdame. Karel is ook nog te zien op het galjoen iets links van het midden onder de vlag bij de grote mast. Daar zou ook zou Nicolas Granvelle zijn afgebeeld.
Het tapijt blijkt dus een soort stripverhaal avant la lettre te zijn: we zien rechtsboven de zeeslag in de golf van Tunis; vooraan centraal op het doek de zeeslag bij en inname van het fort La Goulette; tenslotte in het midden bovenaan de verovering van de stad Tunis.
Ook Granvelle heeft niet lang plezier gehad van zijn tapijt. Het kwam gereed in 1566, het jaar van de Beeldenstorm, en heeft waarschijnlijk nooit gehangen in Granvelle’s Mechels paleis, het Hof van Savoye. In de achttiende eeuw kwam het in bezit van een Franse adellijke familie, die het in 1957 liet veilen. Een alert Mechels stadsbestuur onder leiding van burgemeester Spinoy kocht het toen aan.
Jarenlang hing het tapijt in de kolommenzaal van het stadhuis. In 2018 ging De slag om Tunis deel uitmaken van de collectie van het Hof van Busleyden.
Een topstuk van ons museum, dat zich tot eind maart, zoals in de 16de eeuw, omringd weet door de tapijten van renaissancetuinen en vele andere kunststukken uit het bezit van Granvelle.
Rogier Chorus
Terugblik
Ronald van der Hilst over de museumtuinen
Op 26 september mochten wij aansluitend aan onze Algemene Vergadering luisteren naar tuinarchitect Ronald van der Hilst. Deze in Antwerpen woonachtige Nederlandse tuinspecialist deed zijn beroep alle eer aan met een boeiende presentatie over tuinen in het algemeen en onze Mechelse museumtuin in het bijzonder. Van der Hilst wees water aan als het beginpunt van elke tuin. Hij legde uit dat de tuin – in de oorspronkelijke betekenis van het woord een afgebakend stuk land – een Perzische ‘uitvinding’ is. In dat land schiep men in de vroege oudheid een kunstmatige, bevloeide oase in de woestijn en noemde die Pairi Daiza. Omringd door vier stromen werd dat het voorbeeld van het Paradijs dat we kennen van de Bijbel.
In de renaissance, de tijd waarin het Hof van Busleyden werd gebouwd, werd het concept van de tuin ontwikkeld naar mensenmaat met de hortus conclusus. Dat is de besloten tuin, die we terugvinden in de besloten hofjes uit ons museum. Een tuin met strakke lijnen en een reeks vierkante bloembedden.
In dit soort tuinen werden in onze streken planten uit het Cruydtboeck van de Mechelse botanicus Dodoens gepoot.
Ronald van der Hilst nam deze tuinen als basis voor de aanleg van voortuin én binnentuin van het Hof van Busleyden (de achtertuin moest wegvallen wegens budgetbeperkingen). Hij nam het ruitpatroon dat de achtergrond vormt van de besloten hofjes als model voor de voortuin, trok een breed zandstenen pad als toegangsweg naar het museum en de binnentuin en zorgde voor water.
Dodoens ziet toe op zijn kruiden in de voortuin Hof van Busleyden
Dat water was een probleem omdat onder de voortuin het souterrain van ons museum ligt. Daardoor is er geen grondwater dat voor de bevloeiing kan zorgen. Maar een mooie vondst loste dit vraagstuk op: het bleek dat de kelders van het Hof van Busleyden erg vochtig zijn en daarmee een voortdurende bron van water vormen voor het bevloeiingssysteem dat werd aangelegd.
Van der Hilst legde uit dat de voortuin driedelig is: bij de ingang staan eenvoudige planten zoals siergrassen – hier is ook het terras van de koffiebar Het Schipke te vinden. In het middendeel staan meer exotische planten en tegen het museumgebouw liggen enkele borders. Aan de westelijke zijkant is een loggia opgezet die mettertijd zal dichtgroeien met witte, roze en blauwe wisteria, druiven en andere klimplanten.
Ook in de herfst is het goed toeven in de museumtuin.
Middenin de tuin staat een borstbeeld van Dodoens op een verhoging, zodat hij kan uitkijken over ‘zijn’ kruiden. Ronald vertelde nog dat er ruim tweeduizend vaste planten, 27 bomen (onder meer cypressen voor een verticale werking), meer dan achtduizend bolgewassen en drieduizend overige planten zijn gepoot in de voortuin.
Een kwieke struisvogel in de binnentuin, van beeldhouwer Raymond De Meester.
In de binnentuin zijn er dan nog een kleine duizend zeldzame en kleurrijke gewassen geplant.
Dat zal zorgen voor een weelderige tuin, vanaf volgend voorjaar. Nu al is goed te zien wat een pracht we mogen verwachten. Wij konden dat als vrienden onder leiding van de tuinarchitect zelf bekijken – de regen zorgde er vanzelf voor dat onze blik werd gericht op de borders en plantenvakken van deze aanwinst voor ons museum en onze stad.
Rogier Chorus
Ledennieuws
In 2025 zetten we de vernieuwde formules van vriendschappen verder. Is het verschil tussen vriend, huisvriend en boezemvriend je niet meer duidelijk? We zetten nog even alles op een rijtje!
formule |
bijdrage |
aantal personen |
voordelen |
vriend (individueel) |
50 euro |
1 |
• onbeperkte toegang tot het museum |
vriend (duo) |
90 euro |
2 |
• alle voordelen van de vrienden voor jezelf en partner |
huisvriend |
150 euro |
2 |
• alle voordelen van de vrienden voor jezelf en partner |
boezemvriend |
250 euro |
2 |
• alle voordelen van de huisvrienden voor jezelf en partner |
Als vriend zit je altijd op de eerste rij bij activiteiten, tijdelijke tentoonstellingen en projecten van het museum. Voor elke vrienden activiteit krijg je een uitnodiging. Om deze activiteiten te kunnen organiseren, wordt er inschrijvingsgeld aangerekend. De prijs verschilt per evenement.
Huisvrienden kunnen genieten van alle standaard voordelen van de vrienden, maar betalen geen inschrijvingsgeld voor de activiteiten.
Ben je boezemvriend? Voor jou gelden alle voordelen van de huisvrienden. Daarbovenop word je uitgenodigd voor de exclusieve vernissages van het museum. Dat is de allereerste avond waarop het museum de deuren van nieuwe tentoonstellingen opent, in gezelschap van de Vlaamse cultuursector: kunstenaars, directie van andere musea…
Ledenbijdrage
Natuurlijk ben je als vriend nieuwsgierig naar wat er met je lidgeld gebeurt. Een deel ervan gaat naar de vriendenwerking zelf. Zo worden de voordelen waarvan je als vriend geniet, het maken van de lidkaarten en flyers om nieuwe leden te werven gefinancierd.
Daarnaast gaat er een deel naar een spaarpotje. Dit kan worden ingezet voor projecten van het museum, indien jullie hiermee instemmen. Vanaf dit jaar verwelkomen we de eerste groepen anderstalige nieuwkomers die dankzij jullie gulle steun het museum kunnen bezoeken.
Ook het uitbreiden van de collectie is een project waar jullie als vrienden de schouders onder zetten. Denk maar aan het mooie ivoren Jezusbeeldje dat aangekocht is met steun van de vrienden!
Niet bij elke veiling komen we als winnaar uit de bus. Zo grepen we eind vorig jaar naast een glaswerk uit de 17e eeuw. Dat is jammer, maar betekent ook dat er ruimte is voor andere aankopen indien er een kunstwerk op de markt komt dat aansluit bij de collectie.
Vriendenactiviteiten
programma 2025
- zondag 2 maart
Rondleiding en Q&A sessie Eeuwige Lente op zondag 2 maart. Om 13 uur verwelkomen we je op de tijdelijke tentoonstelling voor een rondleiding en exclusieve Q&A sessie met Hoofd Collectie Hannah Thijs.
Praktisch:
- Waar: Museum Hof van Busleyden
- Wanneer: zondag 2 maart om 13 uur
- Prijs:
- vriend 15 euro
- huisvriend gratis
- boezemvriend gratis
Schrijf je hier in voor deze activiteit.
- zaterdag 3 mei
Beiaardconcert Meiklokjes op zaterdag 3 mei om 13.30 uur.
- zomer
Belevingsparcours Rubens in Steen: ontdek de beeldhouwkunst uit de Barok.
- zomer
Uitstap Stadsmuseum Lier: bewonder onze bruiklenen in de tijdelijke tentoonstelling.
Meer info, uitnodigingen voor aangekondigde activiteiten en het programma voor het najaar volgen in komende nieuwsbrieven.
Heb je een suggestie voor een activiteit? Een vraag of bedenking over de vriendenwerking? Als contactpersoon van de vrienden sta ik altijd open voor een gesprek! Contacteer mij via email of telefoon (015 29 40 02), of kom langs in het museum.
Mars Van Malderen
Nog meer vriendennieuws lezen? Duik het archief in:
- Januari 2024
- Juni 2024
- September 2024